Rabiës (hondsdolheid)

Hondsdolheid, ook wel rabiës genoemd, is een zeer ernstige infectieziekte die wordt overgedragen van dier op mens. In Nederland is de kans op besmetting heel klein. Meestal raken mensen besmet in het buitenland.

Je kunt rabiës krijgen als je gebeten, gelikt of gekrabd bent door een dier dat besmet is. Dit kunnen honden en katten zijn die op straat leven, of wilde dieren zoals vleermuizen en apen. 

• Vermijd alle contact met dieren en raak ook geen dode dieren aan.
• Voorkom dat dieren je krabben, bijten of likken.
• Vertel je kind ook duidelijk dat het op reis geen dieren mag aaien of voeren en waarom. 

Soms kan een vaccinatie tegen rabiës verstandig zijn. Dit is afhankelijk van je reisbestemming. Kijk op GGD Reisvaccinaties voor jouw vaccinatieadvies. 

GGD IJsselland zit de komende 6-8 weken vol voor vaccinaties. Mocht je na die tijd op vakantie gaan, kijk dan naar jouw vaccinatieadvies en maak een afspraak op de website van GGD Reisvaccinaties. 

1. Maak de wond goed schoon en was de wond langdurig, minimaal 15 minuten met water en zeep
2. Ontsmet de wond met Betadine of alcohol (70%)
3. Bel direct met de alarmcentrale van de reiskostenverzekeraar, ook als je vooraf tegen rabiës bent gevaccineerd. Zij kunnen je adviseren over de nodige behandeling en helpen zoeken waar de behandeling beschikbaar is.
4. De behandeling wordt gestart in het land van vakantie, en moet je de behandeling in Nederland afmaken? Bel dan direct na thuiskomst de GGD in jouw regio. 

Als rabiës niet behandeld wordt, is het dodelijk. Daarom is het belangrijk om na contact met een (mogelijk) besmet dier zo snel mogelijk contact op te nemen en een behandeling te starten. Als je bent gebeten kan een behandeling voorkomen dat het virus terechtkomt in het zenuwstelsel. Dit moet u ondergaan vóórdat je de eerste ziekteverschijnselen krijgt.